Een verhuurder kan een huurovereenkomst opzeggen wegens “dringend eigen gebruik”. Daarbij gelden strenge voorwaarden. De Tweede Kamer wil die voorwaarden nu versoepelen.
Wijziging
Dat blijkt uit de Nota van wijziging die Kamerleden Nijboer (PvdA) en Grinwis (ChristenUnie) op 11 april 2023 hebben ingediend. Dit is een wijziging van een wetsvoorstel dat in het parlement een meerderheid lijkt te halen. Met dit voorstel worden de tijdelijke huurcontracten, die sinds 2016 bestonden, afgeschaft. Maar nu gaan de indieners dus verder.
Voorwaarden
Huurders van woningen worden door de wet sterk beschermd. Een verhuurder kan een huurovereenkomst alleen opzeggen op gronden die in de wet staan. Bijvoorbeeld dringend eigen gebruik, dat kan voor een rechter dus een reden zijn om de huurovereenkomst te beƫindigen. De voorwaarden zijn echter streng. Zo moet blijken dat de huurder, die moet vertrekken, andere passende woonruimte kan verkrijgen. Ook zal de rechter een afweging maken: weegt het belang van de verhuurder zwaarder of het belang van de huurder?
Wens
Tijdens de behandeling van het wetsvoorstel is gebleken dat enkele fracties hechten aan de mogelijkheid voor verhuurders om na verloop van tijd een familielid te huisvesten. Zij vreesden dat de Wet vaste huurcontracten (zoals het wetsvoorstel wordt genoemd) deze mogelijkheid zou beperken. Middels de wijziging komen initiatiefnemers tegemoet aan deze wens. Daartoe verruimt deze nota van wijziging de opzeggingsgrond “dringend eigen gebruik” zo dat onder “eigen gebruik” ook wordt verstaan een woningzoekend familielid in de eerste graad. Dus een zoon of dochter.
Lees ook: Wijzigingen sociale huurwoning
Krap
Waarom is dit een verruiming? Het begrip “eigen gebruik” is ook nu al ruimer dan feitelijk gebruik door de verhuurder zelf. Maar een beroep op deze grond kan de verhuurder op dit moment uitsluitend doen als zijn of haar belang daardoor wordt gediend. Dus als het familielid bij de verhuurder inwoont, waardoor de woonruimte van de verhuurder te krap is geworden. Dan heeft de verhuurder er belang bij dat hij een woning kan verhuren aan dat familielid, ook al is die woning op dat moment verhuurd aan heel iemand anders.
Bijvangst
Dat wordt nu versoepeld. Overigens blijven de andere voorwaarden bestaan, dus de rechter moet een belangenafweging maken en er moet blijken dat er andere woonruimte beschikbaar is. De vraag is of dit voorstel een meerderheid in de Kamer gaat halen, waarna natuurlijk nog de Eerste Kamer aan zet is. In ieder geval een opvallende “bijvangst” van het voorstel om de tijdelijke huurcontracten af te schaffen.
Vragen? Bel mr. van Dalen op 06-27129900 of mail naar arnoud@vandalen-advocatuur.nl